Blindproef

De eerste avond is een bescheiden soort blindproef met wijnen uit de commanderijkelder.
Bij de witte wijnen bestaat de uitdaging er in een wijn van het gekend huis Dampt te onderscheiden van een gelijkaardige wijn van La Meulière, ook gekend van de wijnreis. We weten dat La Meulière ook regelmatig mooie medailles wegkaapte, maar in de regel nogal strakke wijnen maakt. Van de Mont de Milieu 2009 wisten we dat die wel super lekker was. Dat maakt het even moeilijk. Ons geheugen zou ons moeten helpen. En het gaat over de premier cru van Les Fourneaux van beide huizen.
Er wordt daarna een mooie Sauternes geproefd.

Daarna zetten we een goede Bourgogne in contrast met 4 mooie Bordeaux wijnen: twee Saint-Emilion Grand Cru wijnen waarvan we de jaartallen proberen in te schatten tegenover een Listrac en een Pessac-Léognan, beide van 2005, die we op basis van de gebruikte druivenrassen en het gebruik van nieuwe eikenvaten proberen uiteen te houden.
Het werd een boeiende zowel als genotsvolle avond voor de deelnemers.

Wit

1. Chablis 1 cru les Fourneaux 2008 van La Meulière – 100% chardonnay
   
   Licht goudgeel met lichte groene schijn.
   We ruiken wit fruit en hazelnoot, na walsen appel en acacia.
   We proeven fijne zuren, mineraliteit en een lange afdronk op pompelmoes.
   De wijn is een loepzuivere, strakke, iets te zure maar verder zeer correcte chablis premier cru.
    
2. CHABLIS 1er Cru Les Fourneaux 2008 van Vignobles Dampt – 100% chardonnay
   
   Licht goudgele wijn met een mooie schittering.
   We ruiken rijp wit fruit, witte bloemen, geroosterde noten, botertoetsen. Deze wijn ruikt iets lactischer.
   Dat zet zich door in de smaak waar we zachtere zuren vinden, rijp wit fruit, frisse acacia en de mineraliteit, typisch voor deze kwaliteit van Chablis.
   De afdronk is vol en aangenamer dan de vorige en we scoren hem anderhalf punt hoger.
   
   Deze beide Chablis doen het uitstekend bij oesters, krab, kreeft of langoustines, maar ook bij een rundscarpaccio met olijfolie, tomaten, basilicum en pittige parmigiano-kaas.
    
3. Sauternes 1999 van Château Rayne Vigneau uit Bommes - 74% Sémillon, 24% sauvignon, 2% muscadelle
   
   Intens goudgeel met schittering.
   We ruiken acaciahoning, rijpe abrikoos, gele perzik en mango, botritis, bijenwas, rozen en gekneusde vlierbessen.
   We proeven intense smaken van gekonfijt fruit en witte krenten. De wijn is mollig, heeft een goede aciditeit en aangename zoetheid.
   
   Deze wijn kan geschonken worden bij een fraise à la crème, gesuikerde soufflés, tiramisu, flan en fruit.
    

Rood

1. Château Cap Leon Veyrin - Listrac - 2005 – 60% Merlot, 35% Cabernet Sauvignon en 5% Petit Verdot – 12 maanden op vat waarvan 25% nieuwe vaten.
   
   We zien een donkere, robijnrode wijn met weinig evolutie en we vermoeden een ongefilterde wijn.
   Hij ruikt licht kruidig, naar kersen, cassis en naar ceder.
   In de smaak ervaren we zachte, nog niet volledig versmolten tannines, in evenwicht met zwart en rood fruit. Een stevige wijn.
   
   Te presenteren bij gebakken wit vlees, maar ook bij gebakken stevige vis zoals zeeduivel.
    
2. Château de France - Pessac-Léognan - 2005 – 60% Sauvignon en 40% Merlot - 18 maanden op vat waarvan 50% nieuwe vaten.
   
   Ook hier zien we een donkere robijnrode kleur met een iets paarsere tint. Ondoorzichtig.
   We ruiken meer eiktoetsen, vooral zachte ceder, rijp rood en zwart fruit, maar intensere cassis, drop en mokka.
   De afdronk is lang, zacht en evenwichtig.
   Een krachtige, stevige, volle wijn.
   
   Deze wijn zal het goed doen bij een lamsbout, een ree-ragout of een fazant in wijnsaus. Voor de liefhebbers van camembert en rode wijn is deze combinatie de max.
   
   Het extra ei toetsen en het extra aan zwart fruit waaronder cassis hielpen enkelen over de schreef om de juiste inschatting te maken.
    
3. Auxey-Duresses 1er cru Le Val - 2008 - Domaine Pascal Prunier – 100% Pinot Noir
   
   Bij het schenken zien we in de lichte, egaal heldere kleur reeds het typische van de Bourgogne: een heldere, kersenrode wijn, hier reeds met een lichte evolutie.
   We ruiken wilde aardbei en zure kersen, maar ook al toetsen van leder en tabak en het ’putje’.
   In de mond hebben we een mooie evenwichtige wijn met rijpe tannines en mooie zuren. Een belofte om nog enkele jaren verder te kunnen evolueren. Maar ook nu best te genieten.
   
   Deze wijn zou het schitterend doen bij risotto met kalfsvlees en het zachtere stoofwerk.
    
4. Château La Tour du Pin Figeac Saint Emilion Grand Cru Classé 2000 – 60% Merlot en 40% Cabernet Franc – 12 tot 15 maanden op vat met 1/3 nieuwe eiken vaten.
   
   Een weinig doorzichtige, kersenrode wijn met lichte evolutie vult ons glas.
   In de stille fase ervaren we complexe tertiaire geuren die zich na walsen manifesteren als complexe geuren van tabak en leder en uitgesproken zachte toetsen van ceder.
   In de mond vinden we zachte tannines in evenwicht met zeer rijp fruit wat ons een mooie lange en complexe afdronk levert.
    
5. Château La Tour du Pin Figeac Saint Emilion Grand Cru Classé 1999 – 60% Merlot en 40% Cabernet Franc – 12 tot 15 maanden op vat met 1/3 nieuwe eiken vaten.
   
   Deze wijn verschilt in uitzicht nauwelijks van de vorige.
   De geuren van tabak en sisal zijn intenser en worden nog geprononceerder na het walsen van het glas.
   We smaken een wijn met zachte, versmolten tannines en complexe smaken van rijper fruit, pruimen en van kersencompote, van mokka en van tabak en de afdronk is lang en complex.
   
   We besluiten dat de laatste wijn van het uitstekende bewaarjaar 1999 moet zijn dat het millenniumjaar in het algemeen op deze leeftijd met een paar punten kan overklassen.
   
   Deze beide ‘rijke’ wijnen zullen zich bij Chinese vleesgerechten, gegrild vlees, konijn en jachtschotels laten smaken.

Verslaggever
Luc Veracx